Alarmsignaal in Nedersaksen: 140.000 vogels geruimd vanwege de vogelgriep!

Alarmsignaal in Nedersaksen: 140.000 vogels geruimd vanwege de vogelgriep!

In de schaduw van de vogelgriep is het momenteel flink aan het sudderen in Nedersaksen. Vandaag sprak minister van Landbouw Miriam Staudte zich uit en meldde dat er dit jaar maar liefst 140.000 vogels zijn gedood. Hiervan zijn ongeveer 70.000 dieren afkomstig uit de huidige oktobermaand, wat enorme uitdagingen met zich meebrengt voor de mensen in de getroffen gebieden. De situatie is zo ernstig dat Staudte voorstelde de getroffen stallen tijdelijk leeg te houden om de verspreiding van het virus te vertragen. In Nedersaksen zijn verschillende districten, waaronder Gifhorn, al getroffen en hebben maatregelen genomen om de vogelgriep tegen te gaan.

Maar hoe zit het met de compensatie? Diereigenaren ontvangen momenteel slechts maximaal 50 euro per gedood dier. De helft van dit bedrag wordt gedragen door de staat en het Nedersaksische Dierenziektefonds. Maar dat kan veranderen: de federale regering plant een verhoging tot maximaal 110 euro. “Een landelijke eis voor stallen is geen wondermiddel”, zegt Staudte, aangezien er recente uitbraken in de stallen zijn geweest.

Uitbraken en gevaren

De verspreiding van de vogelgriep is echter niet een fenomeen dat beperkt blijft tot Nedersaksen. Er wordt een toenemende verspreiding van de dierziekte in heel Duitsland en daarbuiten geconstateerd. Op een pluimveebedrijf in Baden-Württemberg werden bijvoorbeeld 15.000 dieren geruimd. Het Friedrich Loeffler Instituut heeft het risico op verdere uitbraken verhoogd naar ‘hoog’, vooral tijdens de herfst, wanneer de vogels naar het zuiden trekken.

In totaal zijn er in Duitsland al 29 uitbraken onder wilde vogels. De kranen, die in groten getale reizen, worden zwaar getroffen. Volgens schattingen zijn tijdens de vogeltrek in Duitsland al ongeveer 2.000 kraanvogels omgekomen. In Nedersaksen wordt ook het district Cloppenburg bijzonder getroffen, met zeven bevestigde gevallen en een zorgwekkend aantal pluimveebedrijven – in 2024 waren er 2.257 boerderijen met ongeveer 12,3 miljoen dieren.

Gedragsregels voor de bevolking

Op dit moment bestaat er geen verhoogd risico voor consumenten om besmet te raken via pluimvee, omdat het H5N1-virus wordt gedood bij een bereidingstemperatuur van boven de 70 graden Celsius. Bij het bereiden van gevogelte moet u zich echter nog steeds aan de gebruikelijke hygiëneregels houden. Het Friedrich Loeffler Instituut adviseert om rustplaatsen voor vogels te vermijden, dode wilde vogels niet aan te raken en afstand te houden van opvallende wilde vogels. Volgens het instituut moeten mensen letten op de risico’s, omdat het virus ook zonder directe besmetting door contact met besmet materiaal kan worden verspreid.

Pluimveehouders zelf staan ​​onder druk om hun dieren te beschermen tegen wilde vogels om te voorkomen dat het virus zich snel verspreidt. Er heerst onder de bevolking een algemeen geloof dat de gevolgen van de vogelgriep ook kunnen leiden tot stijgingen van de prijs van ganzen- en eendenvlees. Door de moordpartijen in Nedersaksen en elders zou de vraag de prijzen snel kunnen opdrijven.

Over het geheel genomen is het risico voor de bevolking laag, maar alle voorzorgsmaatregelen moeten worden genomen om de verspreiding van het virus te voorkomen. De dierziekte moet serieus worden genomen, vooral voor veehouderijen die last hebben van de gevolgen.