Krefeld in sportchaos: Waar zijn de trainers voor de jeugd?

Transparenz: Redaktionell erstellt und geprüft.
Veröffentlicht am

Krefeld kampt met een tekort aan personeel in de sport. Jongeren worden opgeleid tot sportassistenten om clubs te ondersteunen.

Krefeld kämpft mit Personalmangel im Sport. Jugendliche werden als Sporthelfer ausgebildet, um Vereine zu unterstützen.
Krefeld kampt met een tekort aan personeel in de sport. Jongeren worden opgeleid tot sportassistenten om clubs te ondersteunen.

Krefeld in sportchaos: Waar zijn de trainers voor de jeugd?

De afgelopen jaren kampten sportclubs in Noordrijn-Westfalen, inclusief de regio Keulen, met een steeds merkbaarder tekort aan trainers en vrijwilligers. De stadssportvereniging constateert dat het aantal trainers dat essentieel is voor de clubsport niet alleen in Krefeld, maar ook in veel andere steden afneemt. Deze betrokken mensen zijn cruciaal omdat zij niet alleen kinderen en jongeren opleiden, maar ook als contacten op sociaal gebied fungeren. Een blik op de huidige situatie laat zien dat er dringend actie nodig is.

Vooral de coronapandemie heeft de situatie verergerd: veel sportclubs hebben een verlies aan leden moeten accepteren, vooral onder jongeren. Volgens Ilja Waßenhoven, bestuurslid van de NRW State Sports Association, is de personeelssituatie gespannener dan ooit tevoren. De zoektocht naar instructeurs, trainers en vrijwilligers heeft hoge prioriteit. Omdat de clubs niet genoeg begeleiders hebben, kunnen er in veel gevallen geen nieuwe leden worden aangenomen, wat vooral bij het zwemmen een belemmering vormt.

Het sportassistentieprogramma

Om dit tekort tegen te gaan, werd het NRW-sporthelperprogramma gelanceerd. Dit programma leidt specifiek jongeren tussen de 13 en 17 jaar op, zodat zij kunnen helpen bij het organiseren van bewegings-, spel- en sportactiviteiten in hun clubs, scholen of de hele dag door. Deze inzet is niet alleen belangrijk voor de clubs; het biedt jongeren ook de kans om verantwoordelijkheid op zich te nemen en actief betrokken te raken bij hun gemeenschap. Op deze manier helpt het programma de clubsport nieuw leven in te blazen en tegelijkertijd het probleem van het personeelstekort aan te pakken.

Veel sporten zijn afhankelijk van vrijwilligers. Zwem-, voetbal- en gymnastiekclubs vormen hierop geen uitzondering. De druk op de clubs neemt echter toe, omdat steeds meer clubs toegangsverboden moeten opleggen of cursussen moeten annuleren omdat er een gebrek aan trainers is. Frank-Michael Rall van de LSB meldt dat veel vrijwilligers tijdens de pandemie hun werk opgaven en niet terugkeerden. Dit heeft niet alleen impact op de sport zelf, maar ook op de jongeren die dit aanbod dringend nodig hebben.

Een blik op de toekomst

De situatie is allesbehalve rooskleurig, maar er is hoop. Door de opleiding en inzet van jongeren als onderdeel van het sporthelperprogramma zou een keerpunt op handen kunnen zijn. Karl-Wilhelm Schulze, directeur van de stadssportvereniging Bielefeld, beschouwt een stabiele toestroom van kinderen en jongeren als positief – maar alleen als er voldoende gekwalificeerde trainers beschikbaar zijn. Niettemin blijft het een feit dat veel clubs het zonder steun hebben en dringend behoefte hebben aan jong talent. De zoektocht naar geschikte trainers blijft een van de belangrijkste uitdagingen voor de toekomst van de sport in Noordrijn-Westfalen.

Over het geheel genomen blijkt dat een goede hand bij het werven van vrijwilligers cruciaal zal zijn om het sportlandschap in onze regio levend te houden. Samenwerken in clubs kan niet alleen kinderen en jongeren ten goede komen, maar ook de samenleving als geheel. Het is te hopen dat het initiatief en de betrokkenheid in de clubsport in de toekomst weer zal toenemen.

Voor meer informatie over dit onderwerp kunt u ook de reportages van RP Online En Staatssportvereniging van Noordrijn-Westfalen.