EU klaagt Duitsland aan: overheidsopdrachten zijn in gevaar!

Transparenz: Redaktionell erstellt und geprüft.
Veröffentlicht am

De Europese Commissie klaagt Duitsland aan wegens ontoereikende implementatie van de EU-wetgeving inzake het plaatsen van overheidsopdrachten.

Die EU-Kommission verklagt Deutschland wegen unzureichender Umsetzung des EU-Rechts zur Vergabe öffentlicher Aufträge.
De Europese Commissie klaagt Duitsland aan wegens ontoereikende implementatie van de EU-wetgeving inzake het plaatsen van overheidsopdrachten.

EU klaagt Duitsland aan: overheidsopdrachten zijn in gevaar!

De Europese Commissie brengt de zaak voor het Europese Hof van Justitie (HvJ) en klaagt Duitsland aan wegens tekortkomingen bij het toekennen van overheidsopdrachten. Dit is het resultaat nadat de federale overheid niet volledig heeft gereageerd op de noodzakelijke EU-eisen, ondanks enkele aanpassingen in 2019 en 2021. De Commissie acht de rechtszaak noodzakelijk om gereguleerde concurrentie en optimale voorwaarden voor het gunnen van contracten in Duitsland te garanderen. Focus gerapporteerd.

De kritiekpunten zijn duidelijk: de inadequate definitie van het begrip ‘cliënt’ in het Duitse recht leidt tot onduidelijkheid bij de keuze van de gunningsprocedure. Een ander probleem is dat aanbestedende diensten in de postsector niet aan dezelfde regels voor overheidsopdrachten onderworpen zijn. Deze tekortkomingen maken het moeilijk voor bieders om besluitvormingsprocessen voor mogelijke beoordelingen te maken. Bovendien zijn publieke klanten niet verplicht om informatie te verstrekken over de beoordelingsperioden nadat een contract is gesloten, zo blijkt uit de beoordelingen van de Europese Commissie. Tijd.

Achtergrond van de rechtszaak

De moeilijkheden bij de tenuitvoerlegging van de EU-wetgeving inzake overheidsopdrachten zijn niet nieuw. Al in 2019 vroeg de EU Duitsland om de eisen aan te passen. Tot op heden zijn drie van de acht relevante punten nog steeds onopgelost, wat de Commissie ertoe heeft gebracht haar huidige actie te ondernemen. Een alomvattend advies van de Commissie uit 2021 onderstreepte de urgentie, maar zelfs na deze interventie waren er slechts minimale verbeteringen, die door de EU onvoldoende werden beoordeeld.

Vanwege het gebrek aan implementatie zouden de Richtlijnen 2014/24/EU en 2014/23/EU in Duitsland niet volledig zijn nageleefd. Er zijn aanpassingen doorgevoerd binnen de Wet tegen concurrentiebeperkingen (GWB) en de Wet tot modernisering van het aanbestedingsrecht (VergRModG), maar blijkbaar niet in een mate die de Europese Commissie tevreden stelde – dus Wenk.

Vooruitzichten op de procedure

De situatie werpt een helder licht op de uitdagingen waarmee de wetgeving inzake overheidsopdrachten in Duitsland wordt geconfronteerd. De Europese Commissie benadrukt dat transparante en eerlijke concurrentie essentieel is om optimale aanbiedingen voor overheidsopdrachten veilig te stellen. De nu lopende procedure zal niet alleen tijd in beslag nemen, maar ook druk uitoefenen op de bestrijding van de bestaande tekortkomingen in de Duitse wetgeving. Gereguleerde concurrentie kan alleen mogelijk zijn door blijvend duidelijke regels en transparantie.

Het is nog maar de vraag wanneer het Hof van Justitie uitspraak zal doen, maar het is duidelijk dat Duitsland nu eindelijk de noodzakelijke stappen moet ondernemen om rechtszekerheid op lange termijn en gelijke kansen in het aanbestedingsproces te creëren.