Graffiti op kerken: kunst of provocerend vandalisme?
Lees meer over de controversiële graffiticampagnes op kerken in Duitsland en hun culturele betekenis.

Graffiti op kerken: kunst of provocerend vandalisme?
Graffiti is een onderwerp dat verhitte emoties veroorzaakt – of het nu gaat om artistieke vrijheid of vandalisme. Een bijzonder explosief voorbeeld hiervan is het geval van de Paul Gerhardt-kerk in Berlijn-Prenzlauer Berg, die aanzienlijk werd beschadigd door een brandstichting in januari 2022. Tot op de dag van vandaag zijn het altaar en de orgelpijpen vernield en hebben er sindsdien geen diensten meer plaatsgevonden. De dader is onbekend en mogelijke motieven variëren van haat tegen de kerk tot willekeurige daden. Deze kerkelijke ontheiligingen worden vaak gezien als een uiting van macht en provocatie, waartoe ook kunstenaars en intellectuelen behoren Wereld gemeld.
De discussie over graffiti en de rol ervan in de samenleving is complex. Hoewel velen graffiti vaak zien als vuil en vandalisme, zijn er ook talloze stemmen die straatkunst zien als een kans om gemarginaliseerde stemmen te vertegenwoordigen. Een voorbeeld hiervan is graffitikunstenaar Mika Springwald, die projecten uitvoert met jongeren om hen te verbinden met existentiële vragen en de kerk. In Kehler-wijken, zoals Goldscheuer, heeft de kerk zelfs haar deuren geopend om graffiti in een positief daglicht te zien. Onder andere werd de kerk “Maria, Hulp der Christenen” opnieuw ingericht in street art-stijl, zodat deze nu uitnodigender overkomt en de parochianen trots laten zien wat de Katholieke website hoogtepunten.
Graffiti: kunst of vandalisme?
Ook de vraag of graffiti kunst is of vandalisme wordt wetenschappelijk bestudeerd. Uit historisch en actueel bewijsmateriaal blijkt dat graffiti vaak wordt geassocieerd met illegale activiteiten, maar ook wordt gezien als een vorm van artistieke expressie. Critici wijzen erop dat graffiti zonder toestemming gezien wordt als zaakschade en dat het verwijderen vaak hoge kosten met zich meebrengt. Aan de andere kant hebben onderzoeken aangetoond dat graffiti stedelijke omgevingen cultureel en esthetisch kan verbeteren als het legaal is. In veel steden worden inspanningen geleverd om graffiti als cultureel erfgoed te erkennen en om festivals te ondersteunen om de sociale rol van straatkunst te benadrukken, zoals het platform De kennis bevestigd.
In Duitsland zijn gevallen van graffiti op kerken niet ongewoon. Er blijven berichten binnenkomen over spuitwerkzaamheden in plaatsen als St. Marien in Osnabrück en de Marktkirche in Hannover. In Wurzen was er zelfs een serie-graffiti-overtreder die zijn ‘kunst’ specifiek aan kerken koppelde. Dit roept de vraag op welke sociale en politieke dimensies graffiti heeft, vooral als we de internationale contexten in ogenschouw nemen waarin graffiti ook wordt gezien als een vorm van protest tegen sociaal onrecht. Maar zoals uit de berichtgeving blijkt, zijn het vaak de dubbele normen die voorop staan: “gemarginaliseerde gemeenschappen” verwerpen vaak juist de graffiti in hun eigen buurt.
Uiteindelijk blijft de discussie over graffiti en de betekenis ervan veelzijdig. Of het nu gaat om een kunstvorm of vandalisme, de perceptie is sterk afhankelijk van de culturele context, uitvoering en intenties van de kunstenaars. De maatschappelijke stromingen rondom dit debat zijn veranderlijk en laten de spanningen zien tussen traditie en artistieke expressie.