Noord-Duitse bedrijven zijn kalm over het minimumloon van 15 euro!

Transparenz: Redaktionell erstellt und geprüft.
Veröffentlicht am

Noord-Duitse bedrijven in de metaal- en elektro-industrie beoordelen het minimumloon van 15 euro grotendeels neutraal.

Norddeutsche Unternehmen der Metall- und Elektroindustrie bewerten den Mindestlohn von 15 Euro größtenteils neutral.
Noord-Duitse bedrijven in de metaal- en elektro-industrie beoordelen het minimumloon van 15 euro grotendeels neutraal.

Noord-Duitse bedrijven zijn kalm over het minimumloon van 15 euro!

De discussie over het minimumloon houdt niet op en zoals uit het huidige onderzoek van werkgeversorganisaties blijkt, is het merendeel van de bedrijven in de Noord-Duitse metaal- en elektro-industrie kalm over een verhoging naar 15 euro per uur. 64% van de 206 ondervraagde bedrijven beoordeelde de gevolgen als “neutraal”, terwijl 35% negatieve effecten verwachtte en slechts 1% positieve effecten verwachtte. Dit onderzoek is een onderzoek dat plaatsvond tussen 29 april en 13 mei en de werkgeversorganisaties Nordmetall en AGV Nord hebben bedrijfsadviezen samengesteld. Het huidige minimumloon bedraagt ​​12,82 euro per uur. Voor 2026 roept de Duitse Federatie van Vakbonden op tot een minimumloon van 15,27 euro per uur om de groeiende koopkracht van werknemers veilig te stellen Zuid-Duitsers gemeld.

Vooral in Mecklenburg-Vorpommern verwacht 55% van de bedrijven negatieve gevolgen van een loonstijging, terwijl in Bremen slechts 13% hetzelfde verwacht. In Hamburg is dit 24%, Sleeswijk-Holstein 33% en Nedersaksen 37%. Deze verschillende beoordelingen laten een sectorafhankelijke gevoeligheid zien die niet mag worden genegeerd. Nico Fickinger, directeur van Nordmetall en AGV Nord, waarschuwt voor stijgende loonkosten, vooral voor kleine en middelgrote bedrijven, en roept op tot oriëntatie op de algemene loonontwikkelingen zonder rekening te houden met irrelevante criteria.

Tariefindeling in de metaal- en elektrotechnische industrie

Onlangs vonden in Hamburg belangrijke onderhandelingen plaats om de werknemers in de industrie verder te versterken. Na 18 uur onderhandelen hebben de districten IG Metallkust en Beieren een cao-resultaat bereikt dat zal leiden tot een loonsverhoging van 2,0% vanaf 1 april 2025 en van 3,1% vanaf 1 april 2026. Daarnaast krijgen de medewerkers tot februari 2025 een eenmalige uitkering van 600 euro en een verhoging van de opleidingsvergoedingen. Deze maatregelen dienen om de koopkracht van werknemers duurzaam te versterken IG Metall gemeld.

Een belangrijke vernieuwing is de verschuiving in keuzemogelijkheden voor medewerkers. In 2025 zullen deeltijdwerkers voor het eerst kunnen kiezen tussen meer tijd of meer geld, wat aansluit bij de behoeften van een breed scala aan werknemers. Deze flexibelere aanpak zal zeker helpen de arbeidsomstandigheden in de industrie verder te verbeteren.

Tarieflonen in één oogopslag

Vermeldenswaard is dat er in Duitsland geen uniforme cao voor de metaal- en elektro-industrie bestaat, maar dat er regionale cao's van toepassing zijn. Deze verschillen vooral wat betreft de hoogte van de collectieve lonen. Het startsalaris bedraagt ​​momenteel in bepaalde regio’s 2.821 euro, terwijl in andere deelstaten de bandbreedte van de standaardsalarissen tussen 3.189 euro en 3.592 euro ligt, wat de diversiteit in beloning illustreert. De statistieken laat ook zien dat in de periode van 2016 tot 2024 de standaard maandsalarissen in deze sector met in totaal 23,9% zijn gestegen – een teken van aanhoudende ontwikkelingen, ook al stegen de consumentenprijzen in dezelfde periode met 25,6%.

De uitdagingen en kansen in de metaal- en elektrische industrie zijn duidelijk, en het valt nog te bezien hoe de genoemde veranderingen het economische klimaat en de eisen van werknemers in de toekomst zullen beïnvloeden. De dialoog tussen werkgevers en werknemers zal cruciaal blijven om een ​​evenwicht te vinden tussen groei-impulsen en de legitieme eisen van werknemers.